Elke keer als ik het Centraal Station binnenrijd, zakt de moed mij weer in de schoenen. Aan mijn linkerkant zie ik dan een prachtig nieuw gebouw. ’s Avonds is het als enige verlicht en er lopen toch zeker een paar mensen achter de ramen.
Dit gebouw representeert voor mij echter de luiheid en gemakzucht van de Nederlandse leiders. Waar onze grote roerganger rept over de VOC-mentaliteit die nodig moet terugkomen, kijk ik naar iemand die echt nog geen balk van een Zilvervloot in zijn lijf heeft. De mannen van de VOC gingen de zee op, daar waar alle anderen dachten dat ze van de aarde zouden vallen. Die was immers plat en als ze te ver zouden gaan, dan viel je zomaar bovenop God, of zoiets. Daarom waren de VOC-mannen, ik kan me geen vrouw herinneren, juist zo cool. Zij gingen tegen de heersende geloven in. En ik denk dat zij eigenlijk voor de echte voorsprong en rijkdom hebben gezorgd in Nederland.
En niet door niet na te denken en te bevestigen wat iedereen vindt, maar door juist daar tegen in te gaan. Daar moeten ergens ook heel goede stuurlui aan wal hebben gestaan bij hun eerste afvaart. Maar in Amsterdam is de VOC-mentaliteit echt ver te zoeken. Onze leiders hebben namelijk besloten om een hele mooie, nieuwe designbibliotheek te bouwen. Deze met name babyboomende decision making units hebben immers ook gestudeerd en sommigen hebben zelfs hun huidige vrouw in de bieb ontmoet. Is dat niet mieters?
Hun kleinkinderen gaan weldra ook aan de studie en die gaan dan ook weer gezellig naar de bied toe om boeken af te stempelen. En als ze wat ouder of volwassen zijn, groeien ze vast over dat rare msn’en heen en gaan ze ook eindelijk een krant lezen.
Het doet pijn te zien hoe makkelijk wij belastinggeld verkwisten aan achterhaalde tradities. Geloof me, tegenwoordig halen mensen hun kennis van internet. De bieb is daar niet echt een serieuze tegenhanger voor. Ik durf niet eens uit te rekenen hoeveel achterhaalde kennis er in de bieb te vinden is, vergeleken met up-to-date kennis op internet.
Als wij VOC-mentaliteit durven te benoemen, dan moeten we dat ook tonen. Dat betekent dat met al het geld dat in een dergelijk antiek instituut wordt gepompt, wij ook hadden kunnen kiezen voor het draadloos maken van groot Amsterdam. Ik denk namelijk niet dat Amsterdam kan concurreren met de nationale bibliotheek in Parijs. En toch waren wij ooit machtiger, omdat wij slimmer en vrijer waren.
Amsterdam had de eerste stad kunnen zijn waar je overal en altijd alle kennis van de wereld tot je kon nemen. Dat heet concurrentievoorsprong. En dat zou ook hebben geleid to een andere manier van denken, een ander realisme voor het publiek. Nu moet ik nog steeds zoeken naar de spaarzame cafe’s in Amsterdam waar wireless is voor mijn Mac. Of ik kan natuurlijk naar de bieb naast het Centraal Station gaan en daar opzoeken wat msn’en eigenlijk is. Het moet vast te vinden zijn als ik zes boeken uitpluis. Misschien dat de baliemedewerker, als ie klaar is met het terugzetten van de boeken, mij wat tips kan geven welke boeken ik kan proberen.
p.s. ze hebben wel wireless in de bieb!
Dit artikel is 1 april 2009 gepubliceerd op http://www.emerce.nl
Je bent altijd welkom op het Prinseneiland. Bel ons en maak tijd voor een eerste ontmoeting. 020-6933131 of mai richard@iizt.com